Cornelis Jacobus Bank

Uit WaalwijkWiki
(Doorverwezen vanaf Cor Bank)
Ga naar: navigatie, zoeken
Cor Bank
Bron: Provinciestad in oorlogstijd, blz. 40
Bron: Provinciestad in oorlogstijd, blz. 40
Persoonsgegevens
Volledige naam Cornelis Jacobus Bank
Geboren Breda, 27 augustus 1918
Overleden Nabij Brest (Frankrijk), 25 oktober 1943
Burgerlijke staat Ongehuwd
Overige gegevens
Beroep(en) Militair
Bijzonderheden overlijden Royal Air Force; neergeschoten
Laatste adres Stationsstraat 41

Cornelis Jacobus (Cor) Bank (Breda, 27 augustus 1918 - nabij Brest, 25 oktober 1943) was een zoon van Jacobus Bank, opzichter bij de gasfabriek.

Als de oorlog in mei 1940 uitbreekt, is Cor Bank net met de opleiding voor vlieger begonnen. Hij is gestationeerd op het vliegveld Vlissingen waar de Elementaire Vliegschool zit en waar leerling-piloten worden geschoold op oude Fokker S-IV en IX tweedekkers.[1] Toestellen die ongewapend zijn en dus niet aan de strijd deel (kunnen) nemen.

Bank wijkt via België uit naar Frankrijk waar hij in Cherbourg een schip vindt dat hem, met andere leerling-vliegers en hun instructeurs eind mei naar Engeland brengt. Op 9 juni worden de mannen geïnspecteerd door Prins Bernhard. De opleiding van de piloten wordt in Engeland hervat. De mannen willen niets liever dan zo snel mogelijk hun brevet halen, in een toestel stappen en de Duitsers te lijf gaan. Het zal toch nog even duren voor het zover is.

Want de groep van ongeveer 90 piloten en 9 instructeurs vertrekt in september 1940 naar Nederlands Oost-Indië. Daar blijkt al spoedig dat de vliegscholen over onvoldoende lesmateriaal beschikken en in augustus 1941 komt er weer een groep, waaronder Cor Bank terug in Engeland om de opleiding af te maken. Op 30 december 1941 ontvangt hij zijn 'wings' en gaat hij trainen op de tweemotorige Hudson-bommenwerper. Hij wordt in juni 1942 ingedeeld bij het 320 squadron dat opereert vanaf het vliegveld Bircham Newton in Norfolk (aan de overkant van de Noordzeekust) om aanvallen te doen op kleine Duitse konvooien. Al die tijd zijn de Nederlandse vliegers ingedeeld bij het Coastal Command, maar begin 1943 wordt het 320 squadron toegevoegd aan het Bomber Command en tegelijkertijd overgeplaatst naar een andere basis, Lasham, in het zuiden van Engeland.

Cor Bank in Engeland

Inmiddels heeft Bank al de nodige gevechtservaring opgedaan. Op 28 juli 1942 voert hij zijn eerste opdracht uit. Op 6 september boekt hij zijn eerste succes door tijdens een nachtelijke aanval een voltreffer te plaatsen op een Duits schip dat voor Terschelling ligt. Het zijn gevaarlijke opdrachten omdat rond de kleine konvooien meestal een scherm ligt van kleinere scheepjes vol luchtafweergeschut.

Op 18 januari 1943 boekt Cor Bank zijn tweede succes, opnieuw tijdens een nachtoperatie. Alweer plaatst hij een voltreffer op een kustvaarder, het stoomschip Algeria. Door deze successen krijgt hij eind mei 1943 zijn eigen vliegtuig toegewezen, de droom van iedere piloot. Inmiddels vliegt 320 niet meer met de aftandse Hudsons, maar beschikt het over fonkelnieuwe B-25 Mitchell bommenwerpers. Banks Mitchell draagt de lettercode NO-R.

Op 9 september 1943 vliegt Bank zijn eerste opdracht als commandant van een vliegtuig. In plaats van konvooien worden nu regelmatig doelen in Frankrijk aangevallen. Opnieuw zijn de verliezen hoog door het talrijke afweergeschut. Op 25 oktober krijgen zes bemanningen (de helft van het squadron) opdracht een vliegveld bij Brest aan te vallen. 's Middags tussen twee en drie passeert de formatie de Franse kust bij Brest. Het afweergeschut van de Duitsers vuurt als bezeten, de leider van de formatie wordt geraakt en het vliegtuig spat in brandende stukken uit elkaar. Ook het toestel van Bank wordt getroffen door een granaat, waarbij Bank zelf gewond raakt. De rechtermotor valt uit en de linker begint te haperen. De Mitchell begint snel hoogte te verliezen. Ondanks zijn verwondingen weet Bank een perfecte noodlanding te maken in het donkergroene water van het Kanaal.

Cor Bank (2e van links) voor zijn Mitchell die juist wordt geladen

De bemanning klimt zo snel mogelijk uit het vliegtuig dat langzaam begint te zinken. Tot overmaat van ramp is de rubberboot defect en moet iedereen op zijn zwemvest blijven drijven. Bank is dan al buiten bewustzijn en stervende. Zijn zwemvest en dat van boordschutter Schot zijn gescheurd en de twee andere bemanningsleden nemen de bovenmenselijke taak op zich de mannen met het hoofd boven water te houden. Twee uur later vinden ze een éénpersoons rubberboot waar ze Cor Bank, die dan al dood is, in leggen terwijl ze zich aan het bootje vasthouden. opeens krijgt Schot kramp en zinkt weg in het koude water. De twee anderen redden hem maar slaan in de worsteling het bootje om en het lichaam van Cor Bank zinkt weg in de diepte.

Een uur later worden de drie gered door een Franse visser en raken in krijgsgevangenschap. De ouders van Cor Bank ontvangen in maart 1944 bericht dat hun zoon wordt vermist en vermoedelijk het leven heeft verloren.

De laatste hoop wordt de familie in mei 1945 ontnomen als bevestigd wordt dat Cor Bank is gesneuveld. Hij stierf in de strijd tegen de bezetter, hij was 25 jaar oud.[2]


Afbeeldingen

Zie ook

Bronnen


Jack Didden en Maarten Swarts, Provinciestad in oorlogstijd (Drunen 1991) blz. 40 en 158-159.

Voetnoten


  1. A.P. de Jong (red.), Vlucht door de Tijd, 75 jaar Nederlandse Luchtmacht (Houten 1988) blz. 87.
  2. De Echo van het Zuiden, 1 juni 1945; Loe de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog IX, blz. 34 en 685-694. Het verslag in de Echo geeft als registratie NO-P, maar dat is onmogelijk aangezien dit toestel al op 21 oktober 1943 verloren is gegaan. Mitchell NO-R wordt wel op 25 oktober als vermist opgegeven. Het staartnummer van dit toestel was FR 166.

Externe links


Slachtofferregister Oorlogsgravenstichting

Persoonlijke instellingen
Naamruimten

Varianten
Handelingen
Navigatie
Categorieën
Hulpmiddelen