Vastenavondviering 1739: verschil tussen versies

Versie van 8 feb 2015 om 17:01

De vastenavondviering van 1739 in de Fransche kostschool aan de Grotestraat zorgde voor ophef in de Hervormde Gemeente van Waalwijk. Lidmaat en schoolmeester Theodore Gropoel werd op het matje geroepen.

Zoals al onder Gropoels katholieke voorganger meester Abbing gebruikelijk was, werd er ook in 1739 tegen Vastenavond door de leerlingen een komedie opgevoerd in de school. Een van de voorstellingen was voor iedereen toegankelijk en onder het publiek bevonden zich zowel katholieken als protestanten. Ook de pastoor van Waalwijk behoorde tot de gasten.

Op een gegeven moment begaven de leerlingen zich, samen met enkele volwassen spelers die vrouwenkleding droegen, naar buiten, de straat op. ‘Onder ’t spelen van fiolen en andere instrumenten, makende zeer veel onkuise bewegingen, zelfs voor het huis van de predikant,’ trok de ‘processie’ (zoals het feestende gezelschap genoemd werd) naar Besoijen.

De Kerkeraad van de Hervormde Gemeente boog zich op 19 maart over de zaak en besloot het ditmaal bij een waarschuwing te laten, maar wanneer dergelijke ‘ergernissen’ nog eens voorkwamen zouden zij zich genoodzaakt zien meester Gropoel voor de rechter te dagen.

De resolutie waarop de Kerkeraad zich in deze beriep dateerde al van 1714. Geconcludeerd mag dus worden dat de Raad de vastenavondviering in Waalwijk jarenlang oogluikend had toegestaan, maar de zaak pas op scherp zette toen de predikant werd lastiggevallen.

Uit later jaren zijn geen incidenten bekend, maar aangenomen mag worden dat men gewoon is doorgegaan met het vieren van Vastenavond. Dat blijkt o.a. ook wel uit de rondom de vastenavondvieringen in de jaren 1831-1835 afgekondigde maatregelen.