Harmannus Henderikus Bontjer
Hermannus Henderikus (Herman) Bontjer (Odoorn, 3 augustus 1915 - Maidenhead, 20 februari 1944) was in 1940 als marechaussee in Engeland terechtgekomen, samen met J. Huisman, J. Koole en hun commandant J.A. Rooms.[1]
Een deel van de marechaussees komt bij de toekomstige Irenebrigade terecht, de anderen gaan deel uitmaken van de lijfwacht van koningin Wilhelmina in Stratton House. Drie van de vier Waalwijkers komen in augustus 1940 bij de Compagnie mobiele marechaussee terecht. Marechaussee Bontjer wordt ingedeeld bij de 2de sectie.
Later, in 1942 worden twee detachementen gevormd, één in Maidenhead (ongeveer 50 man) voor de bewaking van koningin Wilhelmina en één in Londen (ongeveer 250 man) ten behoeve van de regering. Herman Bontjer komt in Maidenhead terecht.
In het voorjaar van 1944 voeren de Duitsers een zogenaamde 'kleine Blitz' uit, nachtelijke luchtaanvallen op Engeland in een poging terug te slaan voor de zware bombardementen op Duitsland. Op zondag 20 februari vindt er een luchtaanval plaats op de omgeving van Stubbings House waar de koningin verblijft. Een zware bom slaat in op een paar meter van twee marechaussees, H.A.C. Kievits en Bontjer; ze bezwijken allebei aan hun verwondingen. Zij worden een paar dagen later begraven in Maidenhead in aanwezigheid van koningin Wilhelmina en prins Bernhard. Herman Bontjer is dan 28 jaar oud.
BronnenJack Didden en Maarten Swarts, Provinciestad in oorlogstijd (Drunen 1991) blz. 159 en 262. Voetnoten
Externe links
|