Gedenksteen Dr. Mollercollege

Uit WaalwijkWiki
Versie door Inekevandenhoudt (Overleg | bijdragen) op 14 jan 2020 om 22:53

(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken
Dr. Mollercollege, ca. 1978 (Collectie SALHA, fotonr.70008, foto J. de Bont).

Op initiatief van oud-directeur Drs. Gerben de Vries werd op 4 mei 1954 in de hal van het Dr. Mollercollege aan de Burg. Moonenlaan een gedenksteen onthuld voor de veertien in de Tweede Wereldoorlog omgekomen leerlingen en oud-leerlingen van de school (ten tijde van de oorlog nog R.K. H.B.S. geheten). De gedenksteen is in 2019 overgebracht naar het nieuwe schoolgebouw aan de Olympiaweg.

De omgekomen jonge mannen waren allen leerlingen van de school geweest tijdens zijn directoraat, zo memoreerde De Vries en ‘met weemoed’ zag hij hen nog voor zich ‘zoals ze in en bij de school genoten van hun nog jeugdige onbezorgdheid en, waarom het te verzwijgen, ook wel eens ontoelaatbare onbezonnenheid.’ Hij kende ze allemaal nog en typeerde hen als volgt:

Cor Bank, een bescheiden en weinig spraakzaam jongmens, altijd maar vooral in militair uniform keurig verzorgd. Hij nam dienst bij het vliegwezen, wist toen het oorlog werd naar Engeland te ontkomen; als oorlogsvlieger bij de RAF stortte hij met zijn toestel neer in de zee voor de Franse kust en verdronk op 25 oktober 1943.

Gerard van Beek uit Kaatsheuvel, een goedhartig en zeer serieus student met uitzonderlijke begaafdheden. Hij vertrok in 1947 als dienstplichtig sergeant naar Indonesië, waar hij op 18 januari 1949 zijn 23e verjaardag vierde en twee dagen later door een banjir werd meegesleurd en verdronk.

Pierre van Boxtel, een scherpzinnige leerling uit Berndijk, met grote aanleg voor wiskunde, die in Tilburg het einddiploma HBS B behaalde. Een energieke durfal, die als oorlogsvlieger reeds op 28 oktober 1941 in Engeland omkwam.

Andre Brokx uit Waspik, steeds met een sympathieke glimlach op zijn gelaat, een voorbeeld van studieijver en plichtsbetrachting. Als bestuurder van een militair vliegtuig is hij op 10 oktober 1949 boven Sumatra neergestort; zijn lijk is eerst veel later gevonden.

Harry Hens, maakte deel uit van de allereerste groep leerlingen van de school, ongetwijfeld behorend tot de beste die ooit aan de zorgen van de school zijn toevertrouwd geweest. Op de vooravond van de 10e mei 1940 kwam hij als gemobiliseerd militair naar Waalwijk uit bezorgdheid voor zijn oudste zoontje, wie, naar hij vernam een ongeluk was overkomen. De gebeurtenissen van de daaropvolgende mei-oorlogsdagen hebben zijn zachtmoedig karakter zo aangegrepen, dat hij een zenuwschok kreeg, waaraan hij op 10 augustus 1940 is overleden.

Joop Hoffmans, een jongen met een open en vrolijk karakter. Toen op 2 september 1944 via burgemeester Moonen de opdracht ontvangen werd het schoolgebouw voor de zoveelste maal te ontruimen, heeft Joop aan het verzoek van de directeur om te helpen bij de opberging van de schoolmeubelen zo grondig voldaan, dat hij, naar hij zelf zei, ‘voor lange tijd vrij van school zou zijn.’ Wie had kunnen denken dat deze schertsende opmerking zo spoedig verschrikkelijke ernst zou worden? Vier dagen nadien werd hij door ongure elementen uit het Duitse leger achter het raadhuis alhier neergeschoten.

Johan Kemperman, op het eiland Sumatra geboren, een jongen die zich soms in het koude noorden minder goed thuis leek te voelen en wel eens met heimwee in het hart aan tropisch Nederland terugdacht. Deze jonge, vurige Nederlander, werd kort voor onze bevrijding door vijandige elementen gegrepen en is op Allerheiligen, twee dagen na onze bevrijding, in een concentratiekamp in Duitsland overleden.[1]

Harrie van Leeuwen, een zoon uit een in de Langstraat algemeen geacht Israëlitisch gezin, had hier door noeste arbeid in binnen- en buitenland een belangrijk commercieel bedrijf opgebouwd; trachtte met zijn dochtertje naar Zwitserland te ontkomen, werd bij de Belgische grens gegrepen en op 31 december 1943 ter dood gebracht. Gelukkig is zijn dochtertje gered.

Jan de Leijer, een sympathieke jongen met een stil, goedhartig karakter, zeer begaafd. Deze echt godsdienstige jongen stond niet alleen op school, maar ook bij de leiders van de verkenners zeer hoog aangeschreven. Hij stierf met zes van zijn familieleden een plotselinge dood op 10 februari 1945, tengevolge van het neerstorten van een V1.

Kees van Loon, die in een landbouwbedrijf veiligheid trachtte te vinden en tegelijk zijn liefde voor de vrije natuur hoopte te bevredigen. Het is wel schrijnende tragiek dat hij, voor wie het verkeren in Gods vrije natuur het schoonste ideaal betekende, binnen de afschuwelijke omheining van een Duits concentratiekamp zijn laatste levensweken moest slijten. Hij stierf daar 17 december 1944.

Frans Peters uit Drunen, die na drie klassen van de HBS ging studeren voor onderwijzer, die de hoofdakte haalde en verschillende bij-akten en die nog eenmaal in de wis- en natuurkundige wetenschappen academisch hoopte door te kunnen studeren, die op 26-jarige leeftijd lid was van de examencommissie van het Mulo-diploma, die zijn diensttijd als onderwijzer doorbracht te Waalwijk, eerst aan de Broederschool, later aan de St. Clemensschool. Toen hij bij de bevrijding van Drunen zijn ouders voor het gevaar wilde waarschuwen, werd hij door een granaatscherf aan het hoofd getroffen en overleed vrijwel onmiddellijk.

Bas Roza uit Wijk en Aalburg, een begaafde leerling, die bij zijn medeleerlingen zeer populair was. Als ondergrondse strijder werd hij gevangen genomen en naar Amersfoort overgebracht. Hier werd zijn gezondheid geknakt en hij werd opgenomen in het kampziekenhuis te Leusden, waar hij overleed op 24 april 1945.

Julius Slaats, klasgenoot van Jan de Leijer, een echte jongen, die het leven nog van de optimistische kant bekeek, ondanks zijn jeugdige leeftijd door de Duitsers gevangen genomen en met drie broers en Kees van Loon naar het beruchte Neuengamme overgebracht. Hier overleed hij acht dagen voor Kees van Loon, op 9 december 1944.

Kees Spitters, een stille werker die een zeer gewaardeerde administratieve arbeidskracht werd in een groot lederbedrijf. Voor hem gold het als een heilige plicht Nazi-Duitsland en zijn satellieten te bestrijden. Hij werd gevangen genomen en naar Scheveningen overgebracht, waar hij op 20 mei 1944 werd gefusilleerd. Enige uren voor zijn dood schreef hij nog een brief aan zijn ouders. God geeft kracht naar kruis.


Zij stierven Pro Hereditate Patrum, voor het erfdeel der vaderen, voor het behoud van het Christelijke geloof en de ongerepte vrijheid van ons dierbaar vaderland. Mogen de honderden leerlingen die dit gebouw binnengaan iedere dag en nog zullen binnengaan, er door worden geïnspireerd tot de hoogste offerzin voor de eer van God en het heil van het vaderland. Dan zal de gedachte verwezenlijkt worden, neergelegd in het onderschrift van dit gedenkteken:


Geen pijler stut zo hecht dit trots gebouw
Als hunne deugd, aan God en Vaderland getrouw.


De tekst van de heer Kouters, alsmede de namen van de slachtoffers, werden getekend door A. Carpay en gegraveerd in een door de Gebroeders Verappe geschonken marmeren plaat.

Inhoud

Afbeeldingen

Appendix

Bron


De Echo van het Zuiden, 7 mei 1954.

Voetnoot


  1. Johan Kemperman wordt elders overal 'Hans" genoemd.
Persoonlijke instellingen
Naamruimten

Varianten
Handelingen
Navigatie
Categorieën
Hulpmiddelen